Het kerkje met het
naastgelegen huisje is nog het enig
overgebleven pand uit het oude De
Koog
In 1415 gaf hertog Willem van Beieren aan ‘de lieden van Rijsduinen’ onder bepaalde voorwaarden toestemming tot het bouwen van een eigen kapel. Rijsduinen lag bij De Koog in wat tegenwoordig het Kogerveld heet. Daarom neemt men 1415 aan als het bouwjaar van de kerk in De Koog. In 1503 wordt in een geschrift van de Texelse schepenen Coppen Gerritsz. en Symon Isbrantsz. ook gewag gemaakt van het kerkje. Zij hadden de vier kerkmeesters van De Koog voor zich geroepen om hen te laten verklaren dat zij de buitendijkse wadgronden, die het eigendom van de kerk waren, onder het gezag moesten laten stellen van Jan van Schoonhoven, raadsheer in het Hof van Holland. Het kerkje was toen, na de ondergang van De Westen, de belangrijkste bedeplaats geworden voor de Texelse vissers (De Koog was in die tijd een vissersdorp).
n 1559 is de kapel van De Koog tot parochiekerk verheven onder het priesterschap van Antonius Cornelis Stam. Tijdens de inval van de Watergeuzen op 25 maart 1571 ontkwam ook de kerk van De Koog, evenals die in de andere dorpen, niet aan hun vernielzucht. De achteruitgang van De Koog, na een stormvloed en verzanding van het zeegat voor het dorp, kreeg in 1623 gestalte toen de Regenten en Kerkmeesters van De Koog van de Staten van Holland een octrooi kregen om belasting te heffen op het gebruik van bier en wijn bij tappers en herbergiers ten behoeve van de kerk die in financiële nood was geraakt door opbouw en onderhoud van de kerk ten dienste van de binnenkomende schepen.
In de muurankers van de kerk staat het jaartal 1719, waarschijnlijk heeft toen een verbouwing plaatsgevonden.
Tot 1921 lag voor de kerk een zeer oude grafsteen met gotische inscriptie, die echter spoorloos verdwenen is. In de kerk zelf lag een zerk van dominee G. Vlaming die op 19 november 1735 overleed op de leeftijd van 67 jaren, 17 (?) maanden en 20 dagen. De zerk van zijn dochter raakte ook zoek. Het voormalige kerkhof van De Koog lag op de plaats van de huidige Vogelmient.
Tegenwoordig is het kerkje met het naastgelegen huisje nog het enig overgebleven pand uit het oude De Koog.
(bron Texel Plaza)
Inmiddels (2014) is het interieur van het kerkgebouw gewijzigd, waarbij het orgel is verplaats naar het liturgisch centrum.
Monumentomschrijving Rijksdienst
Hervormde Kerk. Zaalkerkje van opnieuw gebruikte baksteen, boven de voorgevel die in ankers 1719 was gedateerd, een klokkekoepeltje. Mechanisch torenuurwerk uit de 17de eeuw, voorzien van elektrische opwinding.
Het orgel
In het intieme dorpskerkje van De Koog staat een orgelpositief uit ca. 1964 van de firma Vierdag uit Enschede. Hendrik Jan Vierdag begon na zijn opleiding met zijn bedrijf in 1946. De orgelmakerij was aanvankelijk zeer succesvol, niet in het minst vanwege herstel van oorlogsschade en herstel, nieuwbouw als gevolg van de Stormramp in Zeeland. Het orgel voor De Koog komt niet voor in de werklijst van Vierdag; het moet daarom een z.g. catalogusorgel zijn, een eenvoudig orgelconcept dat hij in serie bouwde. De firma Vierdag sloot haar deuren in 1981.
Aanvankelijk stond het orgel achter in de kerk opgesteld, maar in 2014 verplaatste Mense Ruiter, orgelmakers, het orgel voor in de kerk. Bij die gelegenheid werd het overheersende register octaaf 1’ veranderd in een Quint 3’ discant. Ondanks deze ingreep is de klankkleur nog steeds tamelijk fel.
DISPOSITIE
Manuaal:
Holpijp 8’
Roerfluit 4’
Prestant 2’
Quint 3’
Pedaal:
Aangehangen
Stemming: a’= 440 hz.